Overzicht
- Zware afschrijvingen wegen op de resultaten van de oliereuzen
- De productieboom van schalieolie in Amerika maakte de markt kwetsbaarder
- Door de lage olieprijs werden veel investeringen onrendabel
- Het Amerikaanse Chesapeake Energy moest de boeken al neerleggen
- Europese tenoren zoals Total en Shell schuiven op naar hernieuwbare energie
Nu het resultatenseizoen achter de rug is, wordt duidelijk hoe slecht de oliemaatschappijen eraan toe zijn. De duik van de olieprijs tijdens de coronacrisis weegt op de resultaten, en de sector moet zijn investeringen herbekijken. De Europese marktleiders kondigden dan ook zware afschrijvingen aan, van 3,5% (ENI) tot 20% (Royal Dutch Shell) van hun activa. Bij Total ging 8 miljard dollar in rook op via de teerzandactiviteiten. De omvang van de afschrijvingen kan als een verrassing komen, zeker gezien het recente herstel naar meer dan 40 dollar voor een vat Brentolie. En ook de verwachtingen voor de vraag in de tweede jaarhelft zijn verbeterd.
Vandaag zit het probleem niet meer bij het aanbod. Het is niet langer de OPEC, maar de vraag die de olieprijs bepaalt.
Onrendabele schalieolie
De verklaring ligt vooral bij schalieolie. Enerzijds maakte deze (schaarse en niet-hernieuwbare) bron de Verenigde Staten zelfvoorzienend. Anderzijds probeert de OPEC niet langer de prijzen in lijn te brengen met de hogere productiekosten. In Saoedi-Arabië kost de productie van een vat olie minder dan 10 dollar, tegenover 45 dollar voor Amerikaanse schalieolie. De strategie van de OPEC liet de sector toe winsten te genereren en royale dividenden uit te keren.
Maar geleidelijk aan is het paradigma veranderd. Vandaag zit het probleem niet meer bij het aanbod. Het is niet langer de OPEC, maar de vraag die de olieprijs bepaalt. Naast het geopolitieke steekspel is olie nu ook afhankelijk van de economische groei.
Dooft de sector uit?
Tenoren als Shell, ENI en BP hebben ongeveer 60 dollar per vat nodig om winstgevend te zijn. Bovendien dringt de vraag of de sector dreigt te verouderen zich op. De spelers met de hoogste productiekosten staan in de frontlinie. Chesapeake Energy, voormalig nummer twee op het vlak van schaliegas in de Verenigde Staten, moest in juni het faillissement aanvragen.
Schalieolie is zeer vervuilend en heeft een erg hoge productiekost. De levensduur van de boorputten is bovendien zeer beperkt, waardoor producenten schulden moeten aangaan om ze te vernieuwen. Zo'n model is niet langer houdbaar met een lagere en meer volatiele olieprijs. Veel bedrijven, vooral in Europa, hebben de dreiging begrepen en diversifiëren hun activiteiten.
Hierdoor kunnen oliemaatschappijen nieuwe opportuniteiten aangrijpen en tegelijkertijd hun ecologische voetafdruk verkleinen.Caroline Palumbo
Energiemix
Begin augustus kondigde BP aan dat het zijn productie van koolwaterstoffen met 40% wil verminderen en zijn investeringen in koolstofarme activiteiten tegen 2030 wil vertienvoudigen. Beleggers verwelkomden het nieuws, ondanks een kwartaalverlies van 6,7 miljard dollar. Jaar na jaar wordt olie minder noodzakelijk en de energiemix meer gediversifieerd.
In juni hebben het Internationaal Energieagentschap en het IMF verschillende dringende maatregelen aanbevolen ter ondersteuning van hernieuwbare energie en de economie. Hierdoor kunnen oliemaatschappijen nieuwe opportuniteiten aangrijpen en tegelijkertijd hun ecologische voetafdruk verkleinen. Energie blijft een belangrijke factor in de economische relance, en de belegger de beste stuurman van de transitie.