Overzicht
- De markten reageerden goed op de commentaren van Jerome Powell
- Amerikaanse arbeidsmarkt vertoont tekenen van zwakte
- Gemengde, maar over het algemeen positieve bedrijfsresultaten
- Hong Kong onderscheidt zich
- Conclusie
Niets van dat alles is uitgekomen. Daardoor konden de obligatierendementen opnieuw dalen en de aandelen een deel van hun verliezen goedmaken.
De markten reageerden goed op de commentaren van Jerome Powell
De woorden van de Fed-voorzitter werden gezien als minder agressief dan de markten hadden gevreesd. De Fed erkent dat het langer zal duren voordat ze ervan overtuigd is dat de inflatie goed op weg is om te verzwakken tot het streefcijfer van 2%. Maar Jerome Powell sloot een renteverhoging uit en zei dat het monetaire beleid restrictief genoeg was om de inflatie terug te dringen.
De Fed gaat haar balansafbouw vertragen. Ze zal dus met andere woorden minder obligaties terug in de verkoop brengen. Dat is goed nieuws, want die obligaties zullen niet langer concurreren met het recordvolume van nieuwe obligaties die het Amerikaanse ministerie van Financiën uitgeeft.
Voor de obligatiemarkt kwam dit als een opluchting, aangezien sommigen al renteverhogingen voorspelden om de stijgende inflatie in de dienstensector het hoofd te bieden.
Amerikaanse arbeidsmarkt vertoont tekenen van zwakte
In april zijn in de VS 175.000 banen gecreëerd. Dat is minder dan de verwachte 240.000 en de kleinste toename in de voorbije zes maanden. Het werkloosheidspercentage steeg van 3,8% naar 3,9%. De loongroei vertraagde van 4,1% in de voorgaande maand tot 3,9% op jaarbasis. En dat is goed nieuws voor de inflatie en de waarschijnlijkheid van een renteverlaging door de Fed.
De tweejaarsrente zette haar daling voort die begon na de opmerkingen van Jerome Powell en daalde van boven de 5% vóór de Fed-vergadering tot 4,8%. De tienjaarsrente daalde van 4,68% naar 4,51%. Logischerwijs is de dollar verzwakt.
De futuresmarkt voor de kortetermijnrente gaat nu uit van een kans van 88% op een eerste renteverlaging in september. In de eurozone is er niets veranderd: de markt houdt nog altijd rekening met een eerste renteverlaging door de ECB in juni.
Gemengde, maar over het algemeen positieve bedrijfsresultaten
Van de 401 bedrijven in de S&P 500 die hun winst van het eerste kwartaal al hebben gerapporteerd, heeft 79% positief verrast en het groeipercentage van hen bedraagt 5% op jaarbasis, vergeleken met de 3% die vlak voor de start van de publicaties werd verwacht. De beleggers verwelkomden de resultaten en vooruitzichten van Apple, net als bij Microsoft en Alphabet (Google). Dat hielp de impact van enkele grote teleurstellingen compenseren, vooral wat betreft de vooruitzichten voor de komende maanden.
Dit contrast tussen de bedrijven is positief omdat het de grote kloof tussen de Magnificent Seven en de rest van de markt in vraag stelt. Het moedigt de zoektocht aan naar winnaars buiten de grote spelers en maakt een verbreding mogelijk van het aantal aandelen dat deelneemt aan de stijging.
In Europa verraste 57% van iets meer dan de helft van de publicerende Stoxx Europe 600-aandelen positief. Voor Europese normen is dat vrij goed. De winst daalde op jaarbasis met 7%, wat beter was dan verwacht.
Hong Kong onderscheidt zich
Na drie jaar van catastrofale dalingen is de beurs van Hongkong in een stierenmarkt (stijgende markt) beland. Dit is een stijging met meer dan 20% sinds het dieptepunt in januari. Terwijl Wall Street in april verzwakte, viel Hongkong op met een positieve prestatie die deze week versnelde. De katalysator was de aankondiging dat het Politbureau maatregelen overweegt om de voorraad onverkochte nieuwbouwwoningen te verminderen en lagere rentevoeten door te rekenen aan de Chinese economie. In juli zal hierover een speciaal conclaaf worden gehouden. Dit is de eerste keer dat het hoogste orgaan van de Communistische Partij maatregelen bespreekt om de vastgoedsector te helpen.
De Hang Seng-index heeft nog altijd ruimte om te stijgen, aangezien de koers-winstverhouding nog altijd slechts 9 is, in tegenstelling tot de 20,5 van de S&P 500. Dat vereist natuurlijk wel dat de geopolitieke situatie niet verslechtert.
Conclusie
In april duwden de tegenvallende inflatiecijfers de obligatierentes omhoog en maakten ze de aandelen (en dan vooral de groeiaandelen) zenuwachtig. De opmerkingen van Jerome Powell en het banenrapport waren geruststellend in een context waarin de bedrijfsresultaten over het algemeen goed zijn. Het Goudlokje-scenario van een veerkrachtige groei en een inflatie die blijft dalen, wordt niet fundamenteel in vraag gesteld, maar blijft fragiel.
De uitbreiding van het aantal aandelen (en landen) dat deelneemt aan de stijging belooft veel goeds. De beleggers kijken echter met spanning uit naar de volgende inflatiecijfers binnen twee weken.
Kerncijfers van 29/4/2024 tot 3/5/2024
|
Index |
Slotkoers |
+/- |
Sinds begin 2024 |
België: Bel-20 |
3886,76 |
0,61% |
4,83% |
Europa: Stoxx Europe 600 |
508,34 |
1,20% |
6,12% |
VS: S&P500 |
5116,17 |
2,11% |
7,26% |
Japan: Nikkei |
37934,76 |
1,33% |
13,36% |
China: Shangai Composite |
3113,04 |
2,25% |
4,64% |
Hongkong: Hang Seng |
17746,91 |
7,48% |
4,10% |
Euro/dollar |
1,07 |
0,64% |
-3,02% |
Brent olie |
88,26 |
1,49% |
13,61% |
Goud |
2335,16 |
-0,06% |
13,06% |
Belgische 10 jaarsrente |
3,05 |
|
|
Duitse 10 jaarsrente |
2,53 |
|
|
Amerikaanse 10 jaarsrente |
4,62 |
|
|
Bron: Refinitiv Datastream