Na zwakker dan verwachte arbeidsmarktcijfers eindigden Amerikaanse aandelenindexen gisteren overwegend vlak. Het aantal vacatures in de VS daalde in april tot het laagste niveau in meer dan drie jaar. Dat is goed nieuws voor de inflatie. Minder vacatures leidt normaal gezien tot lagere lonen of op zijn minst minder sterke stijgingen. En daardoor zouden ook de prijzen minder moeten stijgen.
Een getemde inflatie kan de Fed een duwtje geven om de rente sneller te verlagen. De marktverwachtingen op een renteknip in september zijn nu 65% tegenover 50% vorige week. Maar Wall Street reageerde terughoudend. De beleggers wachten duidelijk af of deze cijfers een bevestiging zullen krijgen op vrijdag, wanneer het veel belangrijkere banenrapport gepubliceerd wordt.
De afgelopen weken groeide de nervositeit over de economische groei, waardoor de volatiliteit op de markten is toegenomen. Er zijn ook wat zorgen dat Amerikaanse consumenten de vinger op de knip houden. De niet zo florissante cijfers van een aantal grote retailers gaven immers aan dat sommige Amerikanen hun kredietkaart vaker op zak houden.
Ook de recente appelflauwte van de olieprijzen wijst op bezorgdheid over een overaanbod als gevolg van een economie die mogelijk aan het verzwakken is.
Die lagere olie- en grondstoffenprijzen deden ook de Europese aandelenbeurzen geen deugd. Vooral de energie- en mijnbouwsectoren zaten in het slop. De keerzijde van de medaille is dat de goedkopere olie in combinatie met de zwakke economische cijfers ook in Europa het pad naar lagere rente wat makkelijker kan maken.
In India zorgde de veel kleiner dan verwachte verkiezingsoverwinning van premier Modi voor een stevige dreun voor de Nifty Fifty, de voornaamste Indiase beursindex. Beleggers hadden ingezet op een verpletterende zege van Modi omdat die een positieve impact zou hebben op de financiële markten.
India mag dan wel de grootste bevolking ter wereld hebben, zijn economie heeft nog een lange weg af te leggen om op opnieuw op het niveau van zijn Chinese buur te komen. In 1980 hadden beide landen nog ruwweg hetzelfde gemiddelde inkomen per inwoner: rond de 300 USD per jaar.
Nu ligt dat cijfer voor China op meer dan 13.000 USD per jaar en voor India op 2700 USD. De nieuwe regering heeft dus een meer dan pittige uitdaging voor de boeg om de Indiase economie een paar versnellingen hoger te schakelen.
Kerncijfers van 4/6/2024 |
|||
Index | Slotkoers | +/- | Sinds begin 2024 |
België: Bel-20 | 3919,46 | -0,34% | 5,71% |
Europa: Stoxx Europe 600 | 517,06 | -0,54% | 7,94% |
VS: S&P500 | 5291,34 | 0,15% | 10,93% |
Japan: Nikkei | 38837,46 | -0,22% | 16,06% |
China: Shangai Composite | 3091,20 | 0,41% | 3,91% |
Hongkong: Hang Seng | 18444,11 | 0,22% | 8,19% |
Euro/dollar | 1,09 | 0,09% | -1,51% |
Brent olie | 77,58 | -1,18% | -0,14% |
Goud | 2326,79 | -0,52% | 12,65% |
Belgische 10 jaarsrente | 3,09 | ||
Duitse 10 jaarsrente | 2,54 | ||
Amerikaanse 10 jaarsrente | 4,33 |
U vond dit artikel de moeite?