Menu
Priority Banking
Private Banking
Wealth Management
De bank voor een wereld in verandering
Kmo-dividenden: de plannen van de Arizonaregering
Fiscaliteit Volgen De categorie volgen
18 JUL

Kmo-dividenden: de plannen van de Arizonaregering

18.7.2025
Isabelle Brévière – Director Estate Planning Priority & Private Banking - Estate Planning A&PB
Isabelle Brévière Director Estate Planning Priority & Private Banking - Estate Planning A&PB
Volgen De expert volgen
Bekijk alle experts
Aangemaakt op 18.7.2025 08:44
Gepubliceerd op 18.7.2025 08:44
Goed nieuws! Arizona herziet de regels rond de liquidatiereserve, maar sluit de deur voor de fiscale voordelen niet. De liquidatiereserve; VVPRbis: een overzicht van de concrete gevolgen.
De liquidatiereserve laat kleine vennootschappen toe om dividenden uit te keren aan een verlaagd tarief. Elk jaar mag een kleine vennootschap haar boekhoudkundige winst na belasting boeken op een zogenaamde liquidatiereserve. De fiscus heft op dat bedrag 10% belasting. Na een wachttijd van vijf jaar mag u de reserve uitkeren met een roerende voorheffing van 5%. Het effectieve tarief bedraagt dan 13,64%.

Goed nieuws: het wetsontwerp dat gestemd werd, behoudt dit stelsel van liquidatiereserve. Het ontwerp verhoogt de roerende voorheffing wel tot 6,5% voor reserves aangelegd vanaf 1 januari 2026. Maar tegelijk verkort het de wachttijd tot drie jaar. Het effectieve belastingtarief op de uitkering stijgt dan naar 15%.

Wat met al aangelegde reserves?

Voor liquidatiereserves die de vennootschap aanlegt tot en met 31 december 2025, heeft ze de keuze:

  • Een uitkering na vijf jaar met toepassing van 5% roerende voorheffing;
  • of een uitkering tussen drie en vijf jaar, met toepassing van het verhoogde tarief van 6,5%.
Het VVPRbis-stelsel biedt een roerende voorheffing van 15% vanaf het derde boekjaar na de inbreng.Isabelle Brévière

En het VVPRbis-stelsel?

Het VVPRbis-stelsel (Verlaagde Voorheffing) biedt kleine vennootschappen een alternatief om dividenden aan een verlaagd tarief uit te keren. Vanaf het derde boekjaar na een inbreng in geld, mag de vennootschap een roerende voorheffing van 15% toepassen.

Een voorbeeld. Doet u in 2025 een inbreng in een vennootschap die haar boekjaar afsluit op 31 december 2025? Dan maakt die een verlaagd tarief van 15% mogelijk vanaf de uitkering van het resultaat over het boekjaar 2028. Dit tarief geldt ook voor toekomstige uitkeringen, die op diezelfde inbreng gebaseerd zijn.

De winsttoebedeling van het tweede boekjaar na de inbreng komt ook in aanmerking voor een verlaagd tarief. Maar dat bedraagt 20%. Dit tarief zal op termijn verdwijnen. Het geldt alleen nog voor inbrengen gedaan tot 31 december 2025. Uiteindelijk zal alleen het tarief van 15% overblijven, in lijn met het nieuwe tarief voor de liquidatiereserve.

Het VVPRbis-stelsel biedt een roerende voorheffing van 15% vanaf het derde boekjaar na de inbreng.
Het VVPRbis-stelsel geldt alleen voor inbrengen in geld vanaf 1 juli 2013, die in volle eigendom worden aangehouden.Isabelle Brévière

De voorwaarden voor VVPRbis

Het VVPRbis-stelsel geldt alleen voor bepaalde aandelen van kleine vennootschappen. Kocht u aandelen van een eerdere aandeelhouder, die dus niet sinds de uitgifte in uw bezit waren, dan zijn die uitgesloten. Aandelen die geschonken zijn met voorbehoud van vruchtgebruik, genieten ook niet van dit stelsel.

Alleen aandelen die een inbreng in geld vertegenwoordigen, gedaan vanaf 1 juli 2013, komen in aanmerking. Ze mogen geen preferentieel voordeel bieden en u moet ze sinds de uitgifte ononderbroken in volle eigendom houden. De inbreng moet ook volledig volstort zijn op het moment van de dividenduitkering. Kleine vennootschappen die niet aan deze voorwaarden voldoen, opteren beter voor de liquidatiereserve om te genieten van een fiscaal voordelig dividend.
In geval van liquidatie blijft de liquidatiereserve vaak de voordeligste optie.Isabelle Brévière

Welk stelsel kiest u het beste bij een gelijkaardige fiscale druk?

Kleine vennootschappen die niet aan deze voorwaarden voldoen, opteren beter voor de liquidatiereserve. Zo genieten ze van een fiscaal voordelig dividend. De rest moet vergelijken. Voor VVPRbis hoeft u voorafgaand geen actie te ondernemen. De financiële instelling houdt de roerende voorheffing van 15% gewoon in bij uitkering van het dividend.

De liquidatiereserve vereist wél planning. U moet de winst eerst boeken, en daarna onmiddellijk 10% belasting betalen. Dan volgt een wachttijd. Bij effectieve liquidatie is dit systeem vaak voordeliger. In dit geval hoeft er geen roerende voorheffing meer te worden ingehouden. De enige belasting die u hier betaalt, is de 10% bij de aanleg van de reserve — en dat zonder wachttijd.

Bent u echt van plan om uw activiteiten op korte termijn stop te zetten? Dan is de liquidatiereserve het meest aangewezen. Het is goed nieuws dat deze gunstregimes voor kmo’s behouden blijven.

Praat erover met uw relatiebeheerder en boekhouder — uw beste partners in dit verhaal.

U vond dit artikel de moeite?

Ontdek andere artikels in onze dagelijkse en wekelijkse nieuwsbrief

Ik schrijf mij in

Uw expert

Isabelle Brévière Director Estate Planning Priority & Private Banking - Estate Planning A&PB
Volgen De expert volgen
Bekijk alle experts
Deel:
Later lezen
De opinies op deze site zijn die van de auteurs en geven niet noodzakelijk het standpunt van BNP Paribas Fortis weer.

Doe mee met MyExperts

Blijf op de hoogte van de recentste beleggingstips

Al ingeschreven?

Meld u aan om het artikel te lezen.

Nog geen account? Inschrijven