Dat de aandelenmarkten een hoger risico op een recessie inprijzen, zorgde voor een erg rode dag op de markten. Er is echter ruimte voor interpretatie en zelfs onderhandelingen. Zoals de financiële geschiedenis ons leert is dit geen moment voor paniek, maar wel een moment van reflectie en een uitgelezen kans om op zoek te gaan naar opportuniteiten in een snel veranderende omgeving. Als er één ding overduidelijk is, is dat we leven in een wereld van structureel hogere inflatie, een wereld waarin (te veel) cash geen goed idee is.
Als we kijken naar al de tarieven die door Donald Trump vanuit de rozentuin van het Witte Huis werden bekend gemaakt, dan waren die hoger dan wat de consensus verwachtte. Daar moeten we niet flauw over doen. Het is moeilijk om daar een juist cijfer op de plakken. Maar als we alles bij elkaar optellen komen we op een gemiddeld tarief op de goederen die de Verenigde Staten binnenkomen van om en bij de 20 tot 25 percent, terwijl er iets rond de 14 tot 15 percent verwacht werd. De logica achter de specifieke tarieven per land, lijkt te zijn dat de totale “hinder” die dat land Amerikaanse export ‘kost’, gedeeld wordt door 2. Het delen door twee is voor Donald Trump het argument dat het nog vriendelijke tarieven zijn. Het is een formule zoals een andere maar met nogal wat simpele redeneringsfouten waarbij de prijs van citroenen met het gewicht van een kabeljauw op een vriesdag vergeleken worden. Maar hoe wankel en onrealistisch de redenering ook is, de impact op de Amerikaanse economie, de wereldeconomie en de markten is reëel. We kijken hier naar tarieven van meer dan 50% op China en 20% op Europa, waarbij het opvalt dat landen zoals een Vietnam disproportioneel hard getroffen worden.
Het is duidelijk dat de hoogte van de tarieven en de onzekerheid over hoe de door de tarieven getroffen landen zullen reageren, maken dat de piek in de onzekerheid mogelijk nog niet is bereikt. Hoe langer die onzekerheid duurt, hoe groter de kans op een recessie in de Verenigde Staten wordt. En dat speelde de markten gisteren vanzelfsprekend parten. In Amerika verloor de Nasdaq ruim 5 procent en de S&P500 bijna 5 procent. Europa kwam ervan af met een daling van 3 procent. Omdat investeerders veilige havens opzochten vloeide er geld van de aandelen naar de obligatiemarkten daalde de rente overal.
In muntenland profiteerde ook de yen en de Zwitserse frank van de zoektocht naar veiligheid. Maar dit was niet het geval voor de Amerikaanse dollar die zijn typische rol van veilige haven niet vervulde en fors achteruitging. Het blijft ironisch dat de Liberation Day en America First nog steeds alle Amerikaanse activa, inclusief de munt het hardste treft. Als we naar kapitaalsstromen kijken is die beweging logisch. Europa heeft tot nader order nog steeds een handelsoverschot met de Verenigde Staten. Dat duwt de Euro omhoog tegen de dollar omdat er daardoor meer vraag is naar euro’s dan naar dollars. De afgelopen jaren werd dit meer dan ruimschoots gecompenseerd door de kapitaalsstromen die steevast in het voordeel van dollar waren. Om de hogere rente in Amerikaans (overheids)papier te capteren, was men verplicht om dollars te kopen. Iedereen die wilde meedoen aan het technofeestje op de aandelenmarkten moest hetzelfde doen. Of anders gezegd: de kapitaalsstromen waren veel sterker dan de handelsstromen met als gevolg dat de dollar steeg. Vandaag zien we nog steeds handelsstromen die in het voordeel van de euro zijn, maar daarenboven zijn de kapitaalsstromen weggedraaid van de greenback waardoor we een zwakkere dollar en een stijgende euro krijgen. Zolang het renteverschil tussen Amerika en Europa afneemt en de aandelenmarkten het moeilijk blijven hebben, zal daar niet snel verandering in komen.
De kans is groot dat de markten de komende dagen en weken volatiel zullen blijven. Een verdere escalatie en een toename van de recessievrees is zeker niet uit te sluiten. Dit betekent niet dat we in paniek de zijlijn moeten opzoeken. We have been here before. Correcties zoals deze zijn op langere termijn steevast mooie koopopportuniteiten. Als we van de afgelopen dagen iets mee nemen, is het wel de bevestiging dat we in een wereld leven die structureel meer inflatoir zal zijn. En in zo een wereld is te veel cash te lang aanhouden meestal geen goed idee. Met deze tarieven zou de inflatie in de Verenigde Staten dit jaar gemakkelijk boven de 4 procent kunnen uitkomen. Het nieuwe normaal is niet meer 0 tot 2% procent, maar eerder van 2% tot 4%, met mogelijke uitschieters. Doe dat 10 jaar na elkaar en je bent tot 50% van je koopkracht kwijt. Blijven inzetten op reële activa is dan ook de boodschap. De komende weken zal de volatiliteit hoog blijven en blijft het oppassen geblazen. Donald Trump gaf gisteren trouwens aan dat de tarieven naar beneden kunnen als hij iets buitengewoons aangeboden krijgt. Dat is weer typisch, maar het betekent wel dat er nog ruimte is voor onderhandelingen…
Kerncijfers van 3/4/2025 |
|||
Index | Slotkoers | +/- | Sinds begin 2025 |
België: Bel-20 | 4294,73 | -1,14% | 0,71% |
Europa: Stoxx Europe 600 | 523,12 | -2,57% | 3,05% |
VS: S&P 500 | 5396,52 | -4,84% | -8,25% |
Japan: Nikkei | 34735,93 | -2,77% | -12,93% |
China: Shangai Composite | 3342,01 | -0,24% | -0,29% |
Hongkong: Hang Seng | 22849,81 | -1,52% | 13,91% |
Euro/dollar | 1,11 | 2,41% | 7,37% |
Brent olie | 70,74 | -6,27% | -5,35% |
Goud | 3111,16 | -0,47% | 18,50% |
Belgische 10 jaarsrente | 3,21 | ||
Duitse 10 jaarsrente | 2,64 | ||
Amerikaanse 10 jaarsrente | 4,05 |
Elke dag vindt u onze marktanalyses op de site 'MyExperts' onder 'Markten', of in uw mailbox via de dagelijkse nieuwsbrief van MyExperts.
U vond dit artikel de moeite?